Oom Wim weet raad 

Wat is populisme eigenlijk?

 

Beste Oom Wim,

Ik erger me kapot over de vooringenomenheid van die zogenaamde woke journalisten die politici die ik bewonder vanwege hun moed de dingen bij hun naam te noemen, wegzetten als 'populisten'. Het lijkt erop dat zij het liefste 'fascisten' zouden schrijven. Het ergste is dat zij er nooit een goede omschrijving van geven en niet snappen waarom er zoveel mensen op stemmen. Kunt u wat helderheid bieden?  

 

Een verdoolde kiezer  

Beste verdoolde kiezer,

 

Het populisme is geen samenhangend gedachtengoed over het bereiken van een betere samenleving maar een overtuiging waarin onvrede over een elite die de belangen en de identiteit van het volk zou verkwanselen, centraal staat.

 

Op dit moment wordt populisme vaak met rechts geassocieerd, het is echter niet iets waar rechts het patent op heeft. In 2019 hebben experts Nederlandse politieke partijen gerangschikt naar de mate van populisme, de top-drie was toen: 1. PVV, 2. FvD en 3. SP. Populistische partijen zijn herkenbaar aan de onderstaande vijf kenmerken.  

 

  1. Volk versus elite

‘De elite droomt haar zoete, roze dromen, maar het volk is niet gek. De mensen die decennialang belazerd worden pikken het niet langer.’

 

De kern van het populisme is dat het volk geminacht en belazerd wordt door de heersende elite. Populisten beschouwen zichzelf vertegenwoordigers te zijn van het volk, zij spelen in op de gevoelens van mensen die zich niet begrepen voelen, wiens zorgen niet gehoord en wiens angsten weggelachen worden. Het volk is in deze visie een uniforme gemeenschap waar alle neuzen dezelfde kant op staan en waarvan de populisten de spreekbuis zijn.

  

  1. Vijanden van het volk

‘We worden ondermijnd door onze universiteiten, onze journalisten. En vooral door onze bestuurders. Een kliekje omhooggevallen netwerkers, beroepsvergaderaars, mensen die geen idee hebben wat op de lange termijn de issues zijn.’

 

Populisten verklaren politieke tegenstanders en mensen met een afwijkende mening tot vijanden van het volk. Dit geldt bijvoorbeeld voor andere politici, rechters en media. Zij zouden volgens populisten niet luisteren naar het volk, corrupt zijn en ‘nepnieuws’ verspreiden. Het maakt deel uit van het beeld van de ‘onbetrouwbare, corrupte elite’ tegenover ‘het pure volk’.

3. Gevoel versus ratio

Henk en Ingrid’ betalen voor ‘Achmed en Fatima’.

Populisten gaan ervan uit dat kiezers alleen te bereiken zijn door het inspelen op gevoelens. Vandaar dat zij de werkelijkheid versimpelen met makkelijke taal, die goed te begrijpen is en inspeelt op die gevoelens van frustratie voortkomend uit rancune en angst. Grote woorden en grote beloftes zijn populair, het gaat er om wat aanslaat bij kiezers, niet of het klopt; factchecking en nuances zijn niet hun ding, ook de wereld van de wetenschap is de wereld van de elite. Populisme is, in de woorden van columnist Schimmelpenninck, ‘domrechts’, het houdt zich van de domme, het gebruikt opzettelijke of nalatige onwetendheid als wapen. Domheid wordt gebruikt om slachtofferschap voor de eigen groep op te eisen en kennis en expertise verdacht te maken als ‘elitair’.

 

4. Loyaal naar binnen, wreed naar buiten

‘Vluchtelingen zijn als bijen die vliegen naar de confiturepot. Als ge de bijen weg wilt, moet ge de confiturepot afsluiten. De enige oplossing is en blijft: IMMIGRATIE-STOP voor vluchtelingen.’

Het populisme richt zich op de belangen van de eigen gemeenschap, de PVV kiest zodoende voor de slogan ‘Nederlanders weer op 1’; hierin is het woord ‘weer’ cruciaal, het verwijst naar de aloude populistische stelling dat het land ‘afgepakt’ is en dat de populisten ervoor zullen zorgen dat het volk het eigen land weer terugkrijgt. Het is een wat andere verwoording dan ‘Eigen volk eerst’, de uitkomst is echter gelijk het gaat om herstel van de suprematie van witte mensen zonder migratieachtergrond en achterstelling van individuen en groepen die niet aan de populismestandaard voldoen.

 

Het populisme is ook identitair. Populisten komen op voor de bescherming van ‘de’ identiteit die bedreigd wordt door bevolkingsgroepen die niet ‘echt’ tot het volk behoren zoals aanhangers van de islam, vluchtelingen, joden, zigeuners of intellectuelen. Zij trekken zich op aan een geïdealiseerd beeld van het verleden. Daarom prediken zij regressie zoals de populisten in het oosten: ‘Deutschland. Aber normal.' 'Een Duitsland met volop kernenergie en varkensvlees op elk bord’. Populisten zijn nationalistisch georiënteerd, zijn bezig met de belangen van de eigen gemeenschap en zijn allergisch voor internationale samenwerking.

 

5. Geen weloverwogen plan voor de toekomst

‘Plannen zijn kladpapier’

Dat de PVV geen doortimmerd programma heeft is niet toevallig, het populisme heeft geen eigen ideeën, geen overtuigingen, geen hooggestemd doel en zij wantrouwen elke vorm van papieren plannenmakerij. Het populisme kent enkel tactiek, pragmatisme en opportunisme. Het wordt gevuld door de stemmingen van de mensen, om precies te zijn: de slechte stemmingen. Populistische politici zijn woedebankiers, zij slaan munt uit angst en rancune: ‘Het land wordt bedreigd door buitenlandse indringers die ons land met hun andere cultuur willen overnemen.’ Populisten zijn daarom ook per definitie simplificeerders. Het is allemaal niet zo ingewikkeld als de intellectuelen met hun warrige theorieën beweren, alles is te herleiden tot ‘de gekende vijanden’: de socialisten, de klimaatdrammers, de tsunami van buitenlanders en de supranationale instituties zoals de Europese Unie en de Verenigde Naties.

Waarom stemmen zoveel mensen op populistische partijen?

Populistische partijen zijn van alle tijden, de massale steun voor het populisme in Nederland is te dateren rond 2000 met de opkomst van Pim Fortuyn. Hij slaagde erin om veel misnoegde kiezers aan zich te binden die geen heil (meer) zien in de traditionele partijen die als meer van hetzelfde gezien worden. Het potentieel voor een populistische partij lijkt zo’n 25 à 30% van de kiezers te zijn, een groep kiezers die zich gedraagt als een golf in een zwembad: de kiezers trekken snel van de ene naar de andere populistische partij. Na Fortuyn werd het stokje overgenomen door Forum voor Democratie (grootste partij Eerste Kamerverkiezing 2019) , daarna door de BoerBurgerBeweging (grootste partij Eerste Kamerverkiezing maart 2023) en nu de PVV (grootste partij Tweede Kamerverkiezing november 2023).

 

Wat de opkomst van het populisme bijzonder maakt is dat het plaatsvindt in een periode van grote welvaart, ons land staat mondiaal op de vierde plaats wanneer je kijkt naar gemiddelde het hoogste vermogen. Er zijn weliswaar burgers die in armoede leven en te maken hebben met een gebrek aan maatschappelijk perspectief, maar het overgrote deel van de kiezers ook op populistische partijen, had het nog nooit zo goed.

Een ander moreel kompas

De Amerikaanse psycholoog Jonathan Haidt doet een poging om in de hersenpan te kijken van de populistische kiezer. Zijn redenering is dat onze spontane oordelen gebaseerd zijn op een beperkt aantal universele instincten – morele fundamenten - zoals die zich ooit ontwikkeld hebben in de strijd om het bestaan. Hij onderscheidt zes morele fundamenten: 1. zorgzaamheid: de neiging om mensen die in nood verkeren te helpen; 2. eerlijkheid: ieder levert zijn bijdrage; 3. vrijheid: oriëntatie op zelfbeschikking en autonomie; 4. loyaliteit: we houden van teamplayers; 5. respect: eerbied voor gezagsdragers, gepaste gehoorzaamheid en respect voor tradities en 6. heiligheid: verbod op immorele activiteiten.

 

Haidts analyse is dat progressieve kiezers een grote voorkeur hebben voor de eerste drie morele smaken (zorgzaamheid, eerlijkheid en vrijheid) terwijl conservatieve kiezers een voorkeur hebben voor de laatstgenoemde waarden: loyaliteit, respect en heiligheid.

 

Zijn insteek geeft inzicht in de politieke voorkeuren: de overheid bemoeit zich zo min mogelijk met de burger vandaar de voorliefde voor lagere belastingen, minder regels en verplichtingen: dus geen vliegtaks, geen vleestaks, geen belemmerende stikstofregels. De nationale regering moet zoveel mogelijk vrijheid hebben om het beleid te bepalen en dus tegen de invloed van internationale instituties, loyaliteit naar de eigen burgers (opgevat als de witte burgers zonder migratieachtergrond) en weerzin tegen asielzoekers en ontwikkelingsgeld en tot slot liefhebbers van law & order: voorkeur voor streng optreden bij wetsovertreders.

 

Die verklaring, rechtse kiezers hebben een ander moreel kompas, roept echter vragen op. Soms over de interpretatie (over eerlijkheid: links is een liefhebber van eerlijk verdelen en rechts heeft een voorkeur voor eerlijk verdienen), soms over de onderlinge rangorde (tijdens de coronaperiode vonden conservatieve burgers individuele vrijheid belangrijker dan de collectieve zorgzaamheid) maar het grootste probleem is dat populisten opportunistisch omgaan met hun morele principes. Vrijheid is belangrijk, althans voor de eigen groep. Niet wanneer het gaat om het stichten van islamitische scholen of de verspreiding van de koran. Dat geldt ook voor het morele fundament loyaliteit; velen combineren een rigide opstelling tegen wetsovertreders of burgers met weinig respect voor medewerkers van hulpdiensten met disrespect voor bijvoorbeeld de rechterlijke macht. Zo ook met het morele fundament heiligheid, wel streng optreden tegen bijvoorbeeld pedofielen maar geen positieve houding ten opzichte van naastenliefde voor burgers buiten de eigen gemeenschap of zorgvuldig  rentmeesterschap over de natuur en algemener de fysieke leefomgeving. En ook de grondwet is eerder een obstakel voor het realiseren van populistische stokpaardjes dan een heilig instituut met een zelfstandige waarde.

Ontremming

Het populisme kreeg de wind in de rug toen het gat van de ontzuiling opgevuld werd door de sociale media. De traditionele zuilen, de groepering van mensen naar religieuze en sociaal-maatschappelijke overtuigingen, verdampten aan het eind van de vorige eeuw. Deze zuilen, katholiek, protestant, liberaal en de sociaaldemocratisch, vormden een ontmoetingsplaats van arbeiders en werkgevers en van laag- en hoog opgeleiden. Binnen de eigen bubbel leefden er dus tegengestelde belangen en ideeën. Discussie, debat en het zoeken naar consensus waren daarom noodzaal voor het voortbestaan van de zuil. In combinatie met het gegeven dat de bestuurders in de verschillende zuilen in theorie en praktijk voorstander waren van samenwerking tussen de zuilen, maakte dat de polarisatie in en tussen de zuilen beperkt bleef. De verdwijning van de zuilen en de opkomst van de sociale media hebben een ander sociaal-cultureel landschap gevormd. De matigende werking van traditionele debatten waar politieke tegenstanders in elkaars fysieke nabijheid debatteren (en na afloop met elkaar een glas drinken) ontbreekt, online gaat het om snelheid, om rauwe en polariserende reacties. Hoe grover de roeptoeter van dienst des te meer prestige hij incasseert. Sociale media zijn verontwaardigingsmachines, het draait om emotionele retoriek met zo min mogelijk nuanceringen wat zorgt voor het versterken van polarisatie en radicalisering.

 

Het gebrek aan historisch besef schept volgens eerdergenoemde Schimmelpenninck, ruimte voor sociale hypochondrie. De overwinning van de PVV ontstond niet vanwege een gebrek aan bestaanszekerheid maar vanwege een teveel; deze kiezers kunnen het zich permitteren om uit verveling en onbenul te stemmen op een grote bek zonder ideeën. De sociale media hebben een ontaard electoraat gecreëerd dat eerder LPF, FvD en BBB de grootste maakte. De hordes zweven van partij naar partij, de peilingen volgend, en trouw aan hun nihilisme en anti-intellectualisme. De stemmers zijn niet arm of dom, zij behoren tot de aspirational class: goed (praktisch) opgeleide en goed verdienende sociale stijgers die zich onder invloed van sociale media ontevreden en tekortgedaan voelen. Ze zijn er op vooruit gegaan en stemmen rechts omdat ze niet op achteruit willen gaan. 

 

Onvrede bepaalt de toon van de populisten, boosheid en verontwaardiging in combinatie met sweeping statements over oorzaken en zondebokken. Het handboek voor populisten is gebaseerd op het uitgangspunt: mensen in massa’s zijn net kinderen, zij zijn makkelijk te beïnvloeden en te sturen als je je boodschap maar goed verpakt en vaak genoeg herhaalt. De inhoud is uiterst beknopt: gebruik geen argumenten, redeneringen of afwegingen maar val tegenstanders persoonlijk aan (‘heks’), gebruik explosieve taal (‘Nederland is corrupt geworden’), ga altijd in de aanval en geef nooit fouten toe (populisten haten zwakheid). Nuanceringen, het speuren naar gegevens die een andere kant op wijzen, ontbreken. Populisten zijn roeptoeters. Zij zoeken naar gegevens die hun opvattingen steunen en niet naar feiten en omstandigheden die hun opvattingen onderuit zouden kunnen halen, zij hebben niets met waarheidsvinding, zij bezitten immers hún waarheid.

###