Chablis? En daarna een mooie Fronsac?

Een voetnoot uit de onderwijsgeschiedenis

Henk Wesseling (1937-2018), oud-hoogleraar geschiedenis aan de Universiteit Leiden, trad eind jaren zestig, begin jaren zeventig op als gecommitteerde: een vertegenwoordiger van de universiteiten die toezicht hield op de eindexamens gymnasium.

 

Het eindexamen gymnasium was eigenlijk geen eindexamen maar een toelatingsexamen voor de universiteit. De gecommitteerden (drie of vier in aantal) waren oppermachtig, zij bepaalden het eindcijfer (dit in tegenstelling tot de ‘deskundigen’ bij de hbs-examens, hun mandaat reikte minder ver: bij meningsverschillen met de docent van dienst werd er gemiddeld).

 

De gecommitteerden werden met aandacht en zorg ontvangen. In zijn boek Verzamelen, nadenken, opschrijven verhaalt Wesseling over een bezoek aan een school in Bergen op Zoom.

 

‘Om twaalf uur verscheen de rector met de vraag of wij iets wilden drinken, een glaasje sherry bijvoorbeeld. Nu dat wilden wij wel. En bij de asperges wellicht een flesje Chablis? Daar zeiden wij geen nee tegen. Maar bij de biefstuk misschien toch iets liever iets steviger, een mooie Fronsac? Een Fronsac leek ons een uitstekend idee. En waarom bij de koffie niet een glaasje cognac? Nou ééntje dan.

 

'Om klokke twee was de volgende leerling aan de beurt, de zwakste van de klas uiteraard. Wij wisten het allemaal. Het hoorde erbij en ach, wat gaf het ook, want pater rector had ons al verteld dat Piet weliswaar weinig opgestoken had van Grieks en algebra, maar dat hij vast voornemens was naar de missie in Afrika te gaan en daar aan die vakken toch niet zoveel zou hebben.

 

'Wie zou zich niet laten vermurwen, zeker op dat uur van de dag.’

###

 

Uit:  Wesseling, H.L. (2020). Verzamelen, nadenken, opschrijven. Een keuze uit het werk van H.L. Wesseling. Amsterdam: Uitgeverij Prometheus.